Welkom!

Wat leuk dat je een kijkje komt nemen op mijn blog ter ere van mijn teckelmeneren: Karel en Pepijn. Karel is een wildkleurige standaard ruwharige teckel en is geboren op 12-12-2009. Hij is een rustige knuffeldoos, maar met een zéér uitgesproken karakter en werkelijk stronteigenwijs. Ruim een jaar later (11-03-2011) werd zijn maatje Pepijn, eveneens een standaard ruwharige teckel maar dan black & tan, geboren. Pepijn is een hyperactieve ventje met een hartje van goud die alles wat hij doet ook vol overgave doet.

Deze twee heren zetten regelmatig mijn leven op zijn kop en daar ben ik ze meer dan dankbaar voor. Ook levert het nogal wat leuk materiaal aan verhalen, verslagjes en foto's op en deze wil ik dus graag met jullie delen via dit blog. Dit o.a. om te voorkomen dat mijn facebookvrienden compleet gestoord van me worden. Ook zal ik hier alle overige leuke teckelmeuk dumpen die ik tegen kom. Reacties vind ik altijd leuk en zijn zeker welkom!

Foto gezichtLiefs,

Leila

zaterdag 29 september 2012

Verhaal #2: Karel, dé nieuwste oplossing tegen irritante pubers

Ik zit op de bank een beetje TV te kijken. Pepijn vindt dat maar onzin... zoveel aandacht voor zo'n lichtbak waar geluid uit komt. Dus meneer begint lekker te irriteren. 

Hij komt naast me zitten en probeert me indringend aan te kijken. Lukt niet. Dus komt hij voor me zitten, tussen mij en de TV in, en probeert me weer indringend aan te kijken. Lukt weet niet. Dat is balen. Dus meneer begint zachtjes uitdagend te "grommen" (bij gebrek aan een beter woord) en zachtjes te blaffen. Ik verzoek hem vriendelijk zijn bakkes dicht te houden. "Jaaaa daaaaaag", denkt Pepijn. Hij blaft een keer hard in mijn oor. Ik kijk hem met opgetrokken wenkbrauwen aan en hij laat zich plat op de bank vallen: "nou zeg, mag ook helemaal níks hier."

Ik hoor hem langzaam weer "opladen": hij begint wat te kreunen, weer zachtjes te "grommen" en ineens voel ik een paar tandjes in mijn hand. Niet hard, echt nét zo dat je het niet bijten kan noemen, want meneer weet dóndersgoed dat dat niet mag. Ik kijk hem weer aan met opgetrokken wenkbrauwen. Pepijn laat zich weer plat op de bank vallen: "Saaie trut" zie ik hem denken.

Het lijkt alsof Pepijn zich heeft overgegeven aan mijn saaiheid, maar ik weet dat hij zich enorm ligt in te houden. En jawel, na een paar minuten hoor ik het gegrommel weer opborrelen. Hij begint ook wat te stuiptrekken. Meneer ligt zich op te naaien.

Na een paar minuten houdt hij het niet meer en gaat hij weer rechtop zitten. Hij zet een gejank en geblaf in alsof hij dagelijks stelselmatig mishandeld/verwaarloosd wordt. Ik trek mijn wenkbrauwen nogmaals omhoog en zeg: "Pepijn..." Hij houdt op met janken maar zijn kin houdt hij nog steeds strijdlustig in de lucht. Gaat nooit lang duren dus. 

Ineens hoor ik aan de andere kant van de bank een hoop gemopper en gekreun. Karel is wakker. Met een slepende, slaperige tred en een kop op standje onweer komt hij over de bank onze kant op lopen. Het haar aan de ene kant van zijn kop is helemaal platgedrukt, de andere kant van zijn kop ziet er uit als de hondse versie van Catweazle. Kortom: hij ziet er niet uit. 

Ik wil Karel net vrolijk bij me roepen als Pepijn besloten heeft dat Karel hem vast en zeker komt helpen. Hij zet zijn sirene dus weer aan. Karel werpt me een giftige blik toe alsof hij wil zeggen: "Zal ík het dan maar weer oplossen?!" Hij loopt naar Pepijn, blaft een korte "WRAF!" naar mij en gaat zo met zijn dikke reet op de kop van Pepijn zitten. "Zo!" Die is stil...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten